Tekst: Martin
Desloovere
'Le Routier', woonhuis en voormalig café aan
het Stapelplein bij de oude Gentse dokken, oogt grijzig in het dichtbewolkte
licht op de openingsavond van de kunsttentoonstelling op initiatief van bewoner
Jan Wyffels, die negen collega-kunstenaars uitgenodigd heeft. Onder hen Vincent
de Roder, bezieler van de “vrijplaats voor actuele kunst LOODS 12” in Wetteren,
die in ‘Le Routier’ ook nog het curatorschap voor de expositie op de
benedenverdieping op zich genomen heeft.
De tentoonstelling begint al buiten bij het
café-raam. Er hangt niet alleen een affiche die het gebeuren aankondigt, maar
ook het voorblad van – afgaand op de titel Top
Girls – een kalender met uiterst schaars geklede vrouwen. Het soort drukwerk
dat in een clichématige reactie al snel gelinkt wordt aan autowerkplaatsen en
truckerscabines en -lockers, traditioneel beschouwd als een wereld van stoere
mannen. Het blijkt te gaan om een kleine ingreep van Vincent de Roder en Jan
Wiels, samenwerkend onder de intrigerende naam 'Weld': dit Engels woord voor “lassen,
nauw verbinden, samenvoegen, aaneensmeden” roept connotaties op van hitte
(verhitte discussies en clashes van ideeën?) en materie-veranderende ingrepen
en zegt wellicht veel over artistieke collaboraties.
Aanvankelijk lijkt het kalenderblad niet meer
dan een knipoog naar de context van het truckerscafé, maar snel dienen zich ook
ernstiger associaties en bedenkingen aan. Uit het kalenderblad is in cirkelvorm
het bovenlichaam van het model uitgeknipt: een opening die uitnodigt tot
binnengluren, als gold het een peepshow? Een tikje voyeuristisch is dit opzet
tot op zekere hoogte in elk geval: tenslotte dringt de bezoeker straks ook binnen
in privé-leefkamers.
Bij het betreden van het pand kan de bezoeker
eerst meteen rechts de vervallen glorie van de vroegere gelagzaal ontdekken.
Aan de linkerkant van de centrale gang biedt een andere deur toegang tot een
galerie-ruimte die de initiatiefnemers hebben ingericht in wat wellicht vroeger
privéruimtes van de café-uitbaters waren. Met de grijs geschilderde muren lijkt
er geopteerd te zijn voor een (letterlijke) middenweg tussen de traditionele ‘white
cube’ en ‘black box’, een keuze die – in elk geval in deze omgeving – prima
werkt.
Wie echter eerst nog even de gang verder
instapt, ontdekt de ‘echo’ van het kalenderblad van Weld: de uitgeknipte cirkel
met het bovenlichaam van het naakte model duikt hoog tegen de muur op, gekleefd
op wat een stuk afdekzeil of een vlag met bijvoorbeeld het logo van een transportfirma
zou kunnen zijn. Hier is er opnieuw eerst een glimlach van herkenning, maar
toch snel ook gedachten aan minder fraaie aspecten van ‘internationaal
vervoer’: mensenhandel, uitbuiting van jonge vrouwen, bedenkelijke trafieken
allerhande...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten